Dan plots voert mijn aandacht
even van buiten naar binnen,
daar is iets dat op mij wacht:
daar komen woorden bij zinnen.
En dan ineens is het er, zomaar uit het niets: Bam! Tegenslag. Als een donderslag bij heldere hemel en soms zelfs met de heftigheid van een mokerslag. In tegenstelling tot de gemoedelijke en getemperde zachtheid van geluk en voorspoed komt tegenslag meestal met grote porties tegelijk. Of lijkt dat maar zo? Druppelt het slechte berichten omdat we er steeds de aandacht op vestigen, volgens de natuurwet 'gelijke energie trekt aan'? Maar nee, tegenslag is iets dat je overkomt zonder dat je het kunt beïnvloeden. Het maakt dat we ons, als mens, ook ineens zo kwetsbaar kunnen voelen en ons bewust zijn van de eindigheid van ons bestaan.
Ik zou wensen dat we pijn en verdriet in heel veel kleine stukjes zouden kunnen verdelen, zodat ieder er maar een beetje van heeft. En niet van die grote porties in een keer. Dat maakt ons zo machteloos.
Waar verdriet heerst, is troost nodig. Daarvoor hebben wij elkaar nodig. Soms kun je niet meer doen dan er zijn als het nodig is en soms is er zijn alles wat ervoor nodig is. Zo wordt leed kleiner als je het deelt.
Maar toch, doen we onszelf geen geweld aan als we niet ook onze ogen openhouden voor het geluk dat we op onze weg treffen? Maar toch kleuren onze gedachten onze dag. En toch is de menselijke geest in staat om, zelfs in de meest slechte situatie, gelukkig te zijn.
Alleen in de combinatie van uitersten ontstaat een balans. En geluk en voorspoed komt net zo goed 'uit het niets' op onze weg. Het is er zodra je het ziet. Laten we er vooral niet aan voorbijgaan! Want ook geluk en voorspoed kun je verder delen in heel veel kleine stukjes, zodat ieder er wat van hebben kan. Het leven heb je niet in de hand, maar soms nemen we het leven maar bij de hand. Zo komen we vooruit! En daar gaat zonder meer een helende werking van uit. Voor onszelf en voor elkaar. Daarin kunnen we delen, want dan wordt het vanzelf meer...
De huidige ontwikkelingen noodzaken ons om anders te kijken, anders te handelen dan we gewend zijn en dan we ons ook maar voor kunnen stellen. Om ons letterlijk meer naar binnen te keren. Het vraagt ons om ons leven te sturen naar de omstandigheden. We moeten handelen met ons verstand, maar ook naar ons hart. Uitdagend genoeg...
Laten we vooral met een milde blik kijken naar onze medemensen. Ook nu -of juist nu- moeten we de zwakkeren niet vergeten, en ook dat kan binnen de begrenzingen van het bewaken van de eigen gezondheid. We kunnen blijven delen in aandacht en in zorg, in respect voor onze medemensen en in steun aan ieder die dat nu hard nodig heeft. In woord, daad en gebed. Je kunt liefhebben zonder aan te hoeven raken, aandacht of hulp bieden zonder jezelf of de ander in gevaar te brengen. Laten we vooral onze blik wenden naar de toekomst, in de hoop en het vertrouwen dat ons een betere tijd wacht. En wie weet, mogen ook wij merken dat we daarin gegroeid zijn.
Buiten in de tuin zie ik een merel rond de heg scharrelen, waar een klein bolletje met zijn kopje uit de grond probeert te steken, terwijl de zon daadkrachtig de wolken oplost; aankondigingen van de golfbewegingen van zichzelf telkens vernieuwend nieuw leven. De natuur heeft vast in geen eeuwigheid de ruimte gekregen om zo in rust en stilte te kunnen groeien. Misschien is de tijd ons gegeven om zelf ook te groeien in deze tijd. Verandering is er, hoe dan ook...
Blijf veilig, blijf gezond!
Bron: bewustzin.wordpress.com