Pinkstertriptiek Bernardus De Ryckere, Kortrijk Sint-Martinus (detail)
In de Sint-Maartenskerk in Kortrijk bevindt zich een opmerkelijk altaarstuk: een drieluik rond het Pinkstergebeuren van de Antwerpse schilder Bernardus De Ryckere (1585). Het onderwerp werd bij contract bepaald. Op het centrale paneel moest de Nederdaling van de Heilige Geest over de apostelen worden afgebeeld. Op het rechterluik de doop van Jezus in de Jordaan; alle vier evangelisten vermelden hierbij de verschijning van H. Geest onder de gedaante van een duif. In het Pinksterverhaal in de Handelingen van de Apostelen is enkel sprake van vurige tongen. De schilder gaat een stap verder en toont ook daar nog eens de duif. Het rechterluik is heel origineel. Hier wordt de schepping uitgebeeld met op de voorgrond God de Vader die de mens de levensadem inblaast (Genesis 2,7).
Het is die 'geestesadem' die wervelend over de wateren zweefde, toen de aarde nog woest en leeg was, een chaos vol duisternis (Gen. 1,2; vgl. vertaling uit het Hebreeuws, Naardense Bijbel). Met die goddelijke adem wordt de mens een 'levende ziel' (een bezield wezen). Niet voor niets zingen wij deze dagen de oude Latijnse hymne Veni, creator Spiritus (Kom Schepper, Geest... de bron waaruit het leven springt): de scheppende Geest, die het goddelijke leven in ons voortdurend vernieuwt. 'Spiritus' het Latijnse woord voor Geest is afgeleid van het werkwoord 'spirare' dat blazen of ademen betekent. Moge het Pinsterfeest die goddelijke levensadem in ons vernieuwen en ons dag aan dag bezielen om ook deze Covid-19 periode creatief te overwinnen.
Th. C. Madder