Getuigenis van Françoise

Een voetreis naar Rome
getuigenis 31 juli 2011

Beste mensen,

Sommigen onder jullie hebben al gehoord over mijn voettocht van Brussel naar Rome, die ik vorig jaar heb ondernomen. Godelieve heeft mij voorgesteld om hierover iets te vertellen.
Vandaag 31 juli is het precies een jaar geleden dat ik in Rome aankwam, na 89 dagen, waaronder 6 dagen rust. Het is natuurlijk niet in 10 minuten tijd dat ik jullie deze tocht kan beschrijven. Ik zal mij dan ook beperken tot de beweegredenen die mij ertoe gedreven hebben en de gevoelens die ik er aan overgehouden heb.

Toen mijn dierbare echtgenoot Christian in 2000 overleed, is het idee in mij opgekomen om naar Santiago de Compostela te gaan. Ik wilde namelijk zijn grote droom verwezenlijken, die hij jammer genoeg niet heeft kunnen waarmaken.
Mijn wens werd steeds groter, maar het overlijden van mijn moeder 8 maanden later en de opeenvolgende geboortes van mijn kleinkinderen, verhinderden mij om mij goed te kunnen voorbereiden, zowel mentaal als praktisch.
Uiteindelijk heb ik dan toch besloten om in mei 2004 te vertrekken, wat er ook gebeuren zou. Ik heb allerlei kaarten bestudeerd, de nodige informaties opgezocht en de documentatie geraadpleegd die Christian zorgvuldig op zolder had opgestapeld.
Het werden spannende weken: zou ik het wel aankunnen en zou ik het volhouden tot in Compostela? En van waar uit zou ik vertrekken? Ik werd ook beïnvloed door een aantal negatieve commentaren van mensen die het onverantwoord vonden om als vrouw alleen op stap te gaan. Ik ben dan ook voorzichtig geweest - veel te voorzichtig is achteraf gebleken - en ik ben vertrokken vanuit het zuiden van Frankrijk, vanwaar ik nog maar 800 km moest afleggen.

Mijn eerste ervaring was een openbaring: vanaf de eerste dag voelde ik de nabijheid van Christian, ik hoorde zijn aanmoedigende stem toen ik het even moeilijk had, ik zag de vreugde op zijn gezicht bij zoveel natuurschoon, bij zoveel mooie sites. Ik volgde zijn voetsporen ... kortom, hij was mijn steun, hij was mijn engelbewaarder en er kon mij niets gebeuren.
Ik voelde mij ook steeds meer in harmonie met de natuur; ik vergat hoe langer hoe meer mijn levenswijze en de alledaagse routine; meditatie en gebed werden mijn dagelijks brood. Ik heb eenvoudig en nederig leren leven, ik heb leren delen en naar mijn naasten gaan in een klimaat van vertrouwen, spontaneïteit en vriendschap, ongeacht de nationaliteit en de sociale achtergrond.

De eerste tekens op de weg werden een feit; het "onderweg-zijn" maakte voortaan deel uit van mijn leven en werd een verslaving! Elk daaropvolgend jaar volgde ik een andere weg naar Compostela: vanuit Le Puy-en-Velay, vanuit Genève, vanuit Vézelay, en uiteindelijk in 2008 vanuit Bayonne langs de Camino del Norte, de noordkust van Spanje.
Datzelfde jaar heb ik vanuit Compostela nog 3 dagen gestapt tot de Kaap Finisterra, het meest westelijk punt van Galicië. Het is gebruikelijk dat de pelgrims er hun oude kleren verbranden, als symbool om een nieuw en beter leven te beginnen. Ik ben daar niet op in gegaan, maar ik ben lange tijd gaan mediteren op een rots vlakbij de oceaan, ver verwijderd van alles en iedereen. Daar heb ik Christian beloofd dat ik een voettocht naar Rome zou ondernemen. Het was namelijk altijd onze wens geweest om er samen naartoe te reizen. Ik had misschien een dwaze droom, maar ik zou 2 jaar de tijd hebben om mij erop voor te bereiden. Want 2010, namelijk 10 jaar na zijn overlijden en 40 jaar na onze huwelijksdag, leek mij het geschikte jaar om mijn plan te verwezenlijken. En zelf droomde ik er van om eens van thuis uit te vertrekken.

Toen na één jaar mijn idee steeds concreter werd en ik er mentaal klaar voor was, heb ik er voorzichtig over gesproken: eerst met mijn kinderen en daarna met de mensen waarvan ik zeker wist dat ze mij zouden steunen en aanmoedigen. Want aanmoedigingen had ik nodig... ik heb zelfs een poster geplakt op mijn voordeur... geen sprake meer van terugkrabbelen, mijn droom zou en moest werkelijkheid worden!

Ik ben op 10 mei vertrokken. Met mijn talrijke ervaringen van de afgelopen jaren en vooral met de steun van mijn engelbewaarder, had ik alle vertrouwen op een goede afloop. Ik had ook nauwkeurig mijn etappe-indelingen voorbereid en overnachtingsmogelijkheden uitgezocht.
Ik ondervond snel dat de weg naar Rome totaal verschillend was van de weg naar Compostela. Er waren zelden duidelijke aanwijzingen en ik moest dan ook mijn routeschema nauwkeurig uitstippelen, vaak met behulp van een kompas of met de stand van de zon. Ik werd geconfronteerd met veel eenzaamheid, waardoor de sms'jes en mails die ik ontving een bron van energie waren om de moed er in te houden. Ook het ervaren van broederschap en voorzienigheid beschouwde ik als een reddende hand. Ik ging regelmatig een kerk of een kapelletje binnen om er even te bidden en te bezinnen en er tevens af te koelen, want ik heb het zeer warm gehad. Ik vond meestal onderdak in kloosters, abdijen, parochiezalen, pastorijen, gemeentezalen of sportzalen. Ook bij particulieren werd ik met open armen ontvangen. Ik had een lijst met mogelijke slaapplaatsen, maar ik reserveerde zo weinig mogelijk op voorhand omdat ik van mening was dat dit niet in de geest van de pelgrim is. In 12 weken tijd werd ik slechts tweemaal slecht onthaald, telkens door... een priester - het spijt me dit in een kerk te moeten zeggen, maar het is echt waar!

De komst van mijn dochter en mijn toen tienjarige kleinzoon die mij een weekje in Toscane hebben vergezeld, was voor mij het voornaamste hoogtepunt van mijn tocht en deed mij even de eenzaamheid vergeten.
Ik heb mij nooit onveilig gevoeld; het enige waar ik echt bang voor was, waren slangen die ik hier en daar ben tegengekomen. Gelukkig zonder nare gevolgen. Ik had toch zo'n buitengewone engelbewaarder ... Ik heb geen ernstige blessures gekend en ik ben gezond gebleven. Hoe zou het ook anders kunnen: elke pelgrimstocht die ik onderneem brengt mij de nodige energie en bevordert mijn mentale en fysieke evenwicht.
Wanneer ik op 31 juli op het St.-Pietersplein aankwam, na 1800 km in de benen, werd ik verwelkomd door 2 Nederlandse bevriende echtparen, die speciaal voor mij naar Rome gevlogen zijn. Ook vandaag zijn ze hier in deze kerk aanwezig! Het heeft mij diep geraakt, te meer dat je als pelgrim in Rome echt verloren loopt tussen een massa toeristen.

Een ander hoogtepunt was het overhandigen van mijn diploma in de Sint-Pietersbasiliek, waarop ik - nochtans als enige op die dag aangekomen pelgrim - anderhalf uur heb moeten wachten in de sacristie.
Wat mij ook intens heeft geraakt is de uitreiking van de oorkonde door de rector van de Friezenkerk, alsook de pelgrimszegen die ik ontving van Mgr. Hoogenboom, hulpbisschop van Utrecht.

Nu ik mijn droom heb waargemaakt en ik sinds 2004, 6000 kilometers afgelegd heb op de wegen naar Compostela en Rome, weet ik nog niet wat mijn volgende bestemming zal zijn.
Wat ik wel weet, is dat een volbrachte pelgrimstocht nooit afgelopen is: wanneer een doel bereikt is, is men nergens. Men gaat verder met de innerlijke tocht en men blijft zoeken naar datgene wat op een mysterieuze wijze ontdekt werd op de weg.
Ik heb mijn instinct gevolgd, ik heb mijn eigen weg gevolgd. Door te proberen kortere wegen te nemen, heb ik natuurlijk het traject verlengd. Dit maakt deel uit van de weg ... en van het leven! Ik heb mij laten leiden door de weg, ik heb de "tekens" leren lezen die de weg mij geeft. Deze tekens zijn minder duidelijk dan de gele pijlen naar Compostela, maar het zijn tekens die mij de weg wijzen in mijn dagelijkse leven, op mijn levensweg.

Ik wil eindigen met een gedichtje gemaakt door Christian, dat ik tijdens mijn pelgrimstochten elke ochtend bad:

"Heer, ik weet niet wat ik morgen beleef.
Ik heb geen antwoord op alle vragen.
Maar vertrouwend op Uw welbehagen,
Ga ik op pad omdat ik zo graag leef."